Het grote verdwalen

10 mei 2017 - Dangé-Saint-Romain, Frankrijk

Tours – Dangé-St-Romain, 807 – 879 km (72 km)
9 tot 21 graden, zon en weinig wind


Ter voorbereiding op vandaag hebben we gisterenavond deel 1 van de routebeschrijving opgeborgen en deel 2 van onder uit een van de fietstassen opgeduikeld: Tours – Pyreneeën. De inleiding belooft 650 km “langs rustige wegen en kleine en middelgrote dorpen en steden, afgewisseld met platteland bosgebieden en wijnstreken waar het goed proeven is”. Dat laatste spreekt ons natuurlijk in het bijzonder aan. Verder worden de verwachtingen gemanaged door aan te geven dat delen door heuvelachtig terrein voeren en dat steile hellingen “zoveel mogelijk” vermeden worden. Dat wordt dus klimmen …. Maar goed; elke dag worden de hellingen hoger en langer. Hopelijk hebben we genoeg geoefend als het serieuze klimwerk aan de orde is.

Toen ik vanmorgen de gordijnen openschoof, zag ik voor het eerst bij het wakker worden een blauwe lucht! Joepie! Ik haalde mijn korte fietsbroek tevoorschijn zodat ook mijn knieën een kleurtje konden krijgen en stopte mijn wind- en waterdicht jack weg.

Zoals gewoonlijk begaven we ons tegen half 9 naar het ontbijt. Daar bleek dat wij de laatste ontbijtgasten waren. De rest was al eerder vertrokken. Kennelijk hoort een echte pelgrim wat matineuzer te zijn dan mijn natuurlijke bioritme aangeeft. Brood, jam, havermout en koffie stonden klaar. In de keuken naast de eetruimte hoorden we het gestommel van een van de zusters. Op enig moment liep ze de eetruimte binnen maar er kwam geen reactie op ons vriendelijk “bonjour”. Ook een andere zuster die binnenliep, reageerde niet op onze begroeting. Toch een vreemde gewaarwording. Ik kan me maar moeilijk iets voorstellen bij zo’n contemplatief kloosterleven waarbij je alleen met God communiceert.

Na het ontbijt zochten we moeder-overste op om het verblijf te betalen. Bovendien zijn we tot de ontdekking gekomen dat ook Menno een pelgrimspas (ofwel een credential) nodig heeft omdat met name de pelgrimsherbergen in Spanje daar om vragen. Aangezien Tours een vertrekplaats is voor de Sint Jacobsroute, is dit document hier verkrijgbaar. Ook dit contact met de zuster was stug en niet hartelijk. Voor deze kloosterlingen is het ontvangen van gasten kennelijk niet meer dan een plicht, die ervaren wordt als een verstoring van hun monastieke leven. Of misschien zien ze de gasten meer als toeristen dan als pelgrims (wat voor veel Santiago-gangers overigens ook volledig terecht is). Ik bleef proberen contact te maken door af en toe een grapje in het gesprek te gooien, wat uiteindelijk lukte en haar een glimlach ontlokte, die echt ontwapenend was. Heel even zag ik een mooi en open gezicht.

Terwijl we onze route oppakten, genoten we nog een paar km van de prettige ambiance van deze monumentale stad. Terwijl we in het traject vóór Tours zegge en schrijven in totaal 1 andere Santiago-ganger zijn tegengekomen, passeerden we nu regelmatig 1 of 2 lopende of fietsende collega’s. Overigens werd dat na Tours snel minder omdat iedereen toch zo zijn eigen tempo heeft.

Het landschap was saai. De hoeveelheid koolzaadvelden werd langzaam maar zeker minder. Uitgestrekte landbouwgebieden met net ingezaaide, bruine akkers gaven weinig kleur aan de omgeving. Alleen hier en daar wat struikgewas of een bosje bomen. Wel was het heerlijk fietsweer en dat maakte veel goed. De oude dorpjes die we passeerden, waren stuk voor stuk uitgestorven. Er was nauwelijks iemand te zien terwijl er wel af en toe een auto bij een huis geparkeerd stond. Een enkele keer zagen we een oude vrouw over een erf lopen; steevast met een schort aan over haar jurk en sloffen aan haar voeten. Het deed me herinneren aan plaatjes van het Nederlandse platteland in de jaren vijftig. Wel kwamen we een enkele keer langs een schoolplein vol spelende en joelende kinderen. “Hébben die kinderen ouders?”, dacht ik. “En zo ja, …. waar zíjn die dan?”

De dag stond verder in het teken van ‘het grote verdwalen.’ Tot 3 keer toe lieten we ons op een dwaalspoor brengen, doordat we ons voor het gemak lieten leiden door de Franse St. Jacques bewegwijzering die niet overal strookt met ons routeboekje waar we ons toch graag aan wilden houden. En je laten leiden door twee verschillende gidsen tegelijkertijd, leidt onherroepelijk tot problemen.

Ondanks het lekkere weer ging het fietsen bij ons allebei wat moeizaam vanwege zadelpijn en vermoeide benen doordat het de hele dag vals plat omhoog ging. Na zo’n 70 km hielden we het rond half 3 voor gezien en volgden we de eerste de beste pijl met ‘Chambres d’hôtes’ die we tegenkwamen. We kwamen terecht in een soort idylle. Een kamer met een eigen terras en uitzicht op een klein zwembad in een bloemrijke tuin aan een watertje. Er lag een eeuwenoude, houten zeilboot voor ons huisje en een witgele waterfiets die tot onze beschikking stond. Het gaf een prachtig plaatje tegen de achtergrond van de gele lisdodden die bloeiden langs de oever. Met het oog op de voorspelde hoeveelheid regen voor de komende dagen zagen we toch maar af van een tochtje want, aldus, Menno: “Er valt morgen en overmorgen nog genoeg te waterfietsen”. Ook aan zwemmen hebben we ons maar niet gewaagd want de watertemperatuur was nog 13 graden.

Het werd een heerlijke, ontspannen namiddag en avond. We deden inkopen voor lekkere salade met stokbrood als avondmaaltijd. Flesje wijn erbij, lekker lezen en wat schrijven! Wat wil een mens nog meer!

Foto’s

2 Reacties

  1. Moos:
    13 mei 2017
    Inez, zo te zien heb jij nog weinig met "blote benen" gefietst als ik dat vergelijk met Menno, maar mogelijk had hij bij vertrek al een behoorlijke voorsprong.
    Deze tocht lijkt me een non-stop verhaal, dus zadelpijn en heftig reagerende benen zijn daarvan een logisch gevolg, maar worden gewoon getrotseerd door een DUO zoals jullie: chapeau ! !
  2. Henk:
    13 mei 2017
    Wat een mooie verhalen allemaal. Laat menno maar oppassen dat hij geen te gespierde wielrennerskuiten krijgt. Kan ie volgend jaar de mont ventoux opracen. Overigens staan wij nu op een camping in apt waar we de bewuste klimmersberg...een walhalla voor menno waarschijnlijk.. Kunnen zien. Genieten jullie verder van de prachtige pelgrimage. Groeten, marianne en henk